Ik heb dus weer op de SP gestemd. Ik raak wel eens in de verleiding om het niet te doen, op een andere leuke nieuwe partij bijvoorbeeld, maar dan sta ik in dat hokje en dan gaat dat potlood weer naar Lilian M. Ik kan het gewoon niet laten, ook omdat ik altijd een beetje medelijden met haar heb. Nu kun je met meer politici medelijden hebben, maar zij spant voor mij toch de kroon. Ze heeft die stem, die altijd het midden houdt tussen klagerig en plagerig (echt een nuance), waarbij ze tussendoor heel zinnige dingen zegt. Ze werkt zich een slag in de rondte, je ziet haar steeds grotere kringen onder haar ogen krijgen, zit als enige nog in de Kamer als iedereen al naar huis is, doet haar huiswerk en komt steeds weer met nieuwe amendementen, komt op voor het minimumjeugdloon (is afgelopen jaar ook veranderd t.a.v. hotelpersoneel: komt door de SP), signaleert enge ontwikkelingen in de jeugdzorg, in die ellendige toeslagen-affaire heeft zij èn Renske Luijten voorop gelopen. En afspraken bedongen en bereikt. Even tussendoor over Renske, die heeft als een van de weinigen onze tefalpan Rutte (heb ik van een vriendin) echt zenuwachtig gemaakt door te wijzen op roulerende topambtenaren die fout op fout maken en toch steeds weer op (andere) hoge posities worden benoemd, ze doelde natuurlijk op bijvoorbeeld Erik Wiebes. Ze noemde het ‘het ambtenarencarrousel’ en Rutte kon haar wel slaan. Om diezelfde reden kon men even later Pieter Omtzigt willen (ont)slaan, maar dat even terzijde. Ja, als men verwijt dat er met er projectielen gegooid wordt (Telegraaf) dan vind ik de SP daar ook heel goed in en dat vind ik ook precies de taak van een kamerlid. Een goed projectiel snijdt hout. En zo vind ik de SP al jarenlang talloze belangrijke zaken aan de orde stellen, niet alleen Lilian natuurlijk. Jaren geleden zag de SP al het gevaar van de toenemende segregatie in het onderwijs en stelde voor om die bubbels met elkaar in contact te brengen (arme en rijke kinderen, zwarte en witte). Werd niet serieus genomen, nu is het een onderkend en hot item. Voor mij is de Socialistische Partij nog steeds eentje van handen uit de mouwen voor de onderklasse. Een ouderwets woord voor arme mensen die naar voedselbanken toegaan. Die onderklasse bestaat dus nog en in toenemende mate! En na al dat gezwoeg heeft de SP twee zetels minder! Ik kon er niet van slapen, hoe kan dat nou?
Nou ik denk dat het o.a. komt door hun onduidelijk standpunt over de EU. Wat ik eruit opmaak is dat ze de EU niet uit willen, maar het een verlengstuk vinden van het neoliberale denken dus bureaucratie en dus privatisering en verpatsing van geld. Hebben ze gelijk in, het lullige is dat ze geen alternatief geven, een echte visie zie ik niet.
Het komt ook door haar vader dat ik bij de SP ben. Jan ken ik uit mijn studententijd. In de jaren zeventig (klinkt wel heel ver weg) was het heel gewoon dat je links was en niet zo’n beetje. Ik was ook erg links. Ik studeerde in Amsterdam maar toog vrijwel ieder weekend naar Rotterdam, want daar huisde de KEN (Communistische Eenheidsbeweging Nederland) en daar kreeg ik les in Marx en Lenin. Dat was heel gewoon in die tijd! Nou ja heel gewoon, ik was iets fanatieker dan gemiddeld, maar dat komt door mijn karakter. Bovendien zaten er ook veel leuke en stoere jongens bij de KEN, vond ik ook leuk. Kees de Boer (een charismatisch stuk) gaf daar les en regelmatig kwam ook een zekere Jan Marijnessen op bezoek. Die had net de SP in Nijmegen/Oss opgezet en nam stapels Tribunes met zich mee, die wij ondanks meningsverschillen op straat uitdeelden. Kees en Jan waren een soort evenknieën, maar ook weer een beetje vijanden, omdat ze een ‘richtingenstrijd’ hadden, zo werd verteld. Over die richtingen debatteerden ze dan lang en heftig en in grote groepen zaten wij dan om onze helden heen en stelden wij vragen en ik zat er bij met aanvankelijk rode oren (precies de goede kleur) en na verloop van tijd natuurlijk met een grote bek. Ik moet zeggen van Jan M. heb ik heel veel geleerd omdat hij klip en klaar moeilijke dingen kon uitleggen. Ik heb daardoor de basis van mijn denken gelegd. Ik vind Marx nog steeds geweldig, zijn mens- en maatschappijvisie gelden wat mij betreft nog steeds, de onderbouw bepaalt immers de bovenbouw: ‘Zuerst kommt dass Fressen und dan die Moral’ (Brecht). Ik denk nog steeds dat uit de arm-rijk verhoudingen in de wereld de andere problematiek voor een groot deel de afgeleiden zijn. Daarom maakte mijn hart een sprongetje toen ik bij Bij1 las dat ze het immigratieprobleem bij de wortel willen aanpakken. De oorzaak willen blootleggen van waarom hier zoveel mensen naar toekomen. Nou bijvoorbeeld, omdat wij in de herkomstlanden mensen werkeloos maken door ze arm te houden (handelsovereenkomsten met corrupte regeringen). Ik hoop dat ze dat bedoelen, dat even terzijde. Het waren lange bijeenkomsten met Jan en Kees maar het kon mij niet lang genoeg duren, omdat ik leerde dat je het met elkaar oneens kon zijn zonder elkaar te gaan haten. Ik denk dat ik bovenmatig nieuwsgierig ben en dat dat me overigens even vaak besprenkeld als genekt heeft.
Een keer werd ik bij Kees de Boer op het matje geroepen. Hij berispte mij omdat ik bij het uitdelen van flyers (stencils met een oproep voor staking) in de haven een minirok en hoge hakken had aangehad. Daar werden de arbeiders door afgeleid. Dat was ook zo, maar daardoor had ik juist heel veel flyers uitgedeeld. Hij was totaal niet te porren voor mijn argumenten. Die stakingen zouden niet door mijn minirok (brede ceintuur, zo noemde Kees het) komen, maar door de KEN: en inderdaad het werd de grootste havenstaking die Rotterdam ooit gekend heeft en wel degelijk door de KEN (vakbonden waren tegen) georganiseerd! Naderhand is Kees de Boer in opspraak geraakt in verband met het geven van privélessen in zijn kamer aan studentes die niet alleen over Marx en Lenin gingen…Toen dacht ik ineens is het daarom dat ik alleen maar aspirant lid ben gebleven? Kees was erop tegen dat ik lid werd omdat ik te ‘speels’ was. Je moest dan n.l. in zijn kamer een soort examen afleggen en ik beweerde dat ik dat belachelijk vond want in zijn lessen had hij al kunnen merken hoe goed ik was. Hij noemde dat speels. Wel stoer van mij om tegen Kees in verweer te gaan, want hij was echt de baas. In die tijd had ik trouwens ook nog een heel gek manbeeld. Maar dat wordt weer een andere blog. Dus ben ik eeuwig aspirant-lid van de KEN gebleven. Misschien dat ik daarom nog altijd mijn kleurpotlood indirect naar Jan laat gaan, als verkapte inlossing van mijn wraak op Kees wellicht, maar vooral ook als eerbetoon aan een onvergetelijke tijd waarin ik op de toppen van mijn kunnen leefde (op pumps) en die mij zo intens veel geleerd heeft en voor mijn leven de political basics heeft meegegeven.
En die enorme ruk naar rechts gaan we tekkelen door een breed links front te vormen: beter concessies doen dan vermorzeld worden. Ja mijn stem gaat eigenlijk naar het élan van Jan: niet letten op tegenslagen, maar dóór. In een grote kring naar elkaar luisteren, lachen en zakendoen. Niet lullen maar poetsen. Activisten aller landen verenigt u!